Ik hou van koken. En dan niet de standaard aardappels,
groenten en vlees….Nee culinaire hoogstandjes vind ik heerlijk om te doen.
Italiaans heeft wel mijn voorkeur, maar ik interesseer mij ook voor de oosterse
kookkunsten.
Een folder waarin privé kooklessen werden gegeven, was een
voorbestemd teken voor mij om mij op te geven. Ik stuurde een email met daarin
mijn gegevens en de dag daarop werd ik teruggebeld. Het was een ontzettend
aardige man die mij vertelde dat hij al van jongs af aan kookte. Hij had de
liefde voor het koken van zijn moeder meegekregen en wilde deze kookkunsten
graag doorgeven. Het was een telefoongesprek van ruim een uur en er stond een
afspraak. Volgende week maandag kon ik naar zijn praktijkruimte komen en zou ik
mijn eerste les krijgen. De eerste uit een reeks van 15 lessen.
En gisteren was het zover. Mijn eerste kookles. Enigszins
zenuwachtig begaf ik mij naar de praktijkruimte. Zenuwachtig omdat ik niet
gewend ben om privélessen te volgen. Ik deed het altijd in groepsverband en
eventuele foutjes kon je bij de buurman of buurvrouw afkijken en herstellen. Nu
zou ik de volle honderd procent aandacht krijgen mijn kookdocent.
Ik stapte om vier uur de praktijkruimte binnen en gelijk
gleden de zenuwen van mij af. Niet alleen was de kookdocent een om bij te
watertanden, ook de praktijkruimte gaf een gevoel van rust. De indeling, een
ouderwetse keuken zoals in boerderijen, de kleuren….het rook er naar verse
kruiden. Ja, als er een hemel bestaat in kookland, dan ben ik er nu in terecht
gekomen. Ik hing mijn jas aan de kapstok en deed een schort voor mijn kleding.
Vandaag gingen we een vleesgerecht uit de oven bereiden.
Voor mij op de tafel lag een prachtig stuk vlees. Mooi zachtroze van kleur en
vers. Armand (de kookdocent) vertelde me hoe we dit stuk vlees gingen bereiden.
Ik begon met het zacht insmeren met olijfolie, daarna de voorgesorteerde
kruiden er een voor een overheen. Vervolgens legde ik het met tedere hand in de
ovenschaal en legde er plakjes
citroen boven op. Armand vertelde me dat
dit drie kwartier in de oven moest op 160 graden. Ik stelde de tijd en de
temperatuur in en we begonnen aan de groentes voor bij het vlees.
Het werd een mix van diverse boontjes. Sperziebonen,
tuinbonen, chinese bonen. Allemaal vers geplukt uit zijn groentetuin,
verzekerde hij me. Koken met een kruidenmengsel wat ook wel “bonenkruid”
genoemd wordt en afmaken met een klein klontje boter over de boontjes heen.
En zo was er drie kwartier voorbij en deed ik de deur van de
oven open. Het vlees rook goed en Armand bevestigde dat het er perfect uitzag.
Ik sneed voorzichtig het vlees aan en we proefden beiden een plak in combinatie
met het bonenmengsel. Alsof er een dozijn engeltjes op mijn tong plasten….wat
een smaak, wat een textuur. Zo zacht, het vlees smolt bijna op je tong als je
een hap nam. Ik keek vol verwondering naar Armand om te bespeuren of hij net zo
genoot van dit gerecht. Hij zei niets, had zijn ogen dicht en kauwde en
proefde, liet het vlees door zijn mond glijden en uiteindelijk slikte hij het
door. Het eerste wat hij zei was: “ Je bent geslaagd.” Ik snapte niet wat hij
bedoelde, maar vatte het op als een compliment.
Ik kreeg de opdracht mee om dit gerecht van de week nog eens
te maken, zodat ik het goed in de vingers kreeg. De kruidenmengsels had hij
voor me op een papier gezet. Toen ik hem vroeg of ik een stuk vlees van hem mee
kon krijgen, antwoordde hij: “ In de bijkeuken staat een vriezer, daar ligt nog
wel een stuk voor je in.” Ik liep naar de bijkeuken, trok de vriezer open en mijn
vol liefde bereidde stukje vlees baande zich een weg naar boven. Ik kon niets
anders doen dan mijn mond openen en het weer naar buiten laten komen. Wat ik
aantrof in de vriezer ging al mijn verwachtingen te boven en ineens maakte dat
het goddelijke gerecht tot een gerecht uit de diepste donkere kerkers die een
mens zich kan voorstellen.
Een paar ogen keken mij aan vanuit de vriezer en ik weet nu
sinds gisteren hoe een stuk vrouwendijbeen smaakt.